Kompas
Hoe werkt het?
Een van de sensoren die de micro:bit heeft, is een kompas sensor. Dat wordt ook wel een magnetometer genoemd. Daarmee voelt de micro:bit het magnetisch veld van de aarde. En daarmee kunnen wij een kompas programmeren!
Wanneer je voor het eerst het kompas op de micro:bit gebruikt, dan zal hij je vragen om het kompas te ijken. Je moet dan de micro:bit ronddraaien totdat alle lichtjes branden. Dan heeft de micro:bit genoeg van het magnetisch veld van de Aarde “gevoeld” om te weten in welke richting hij wijst!
Je gaat programmeren dat de micro:bit een letter op het scherm laat zien, op het moment hij richting het noorden wijst.
Maak het
Met het blok kompasrichting (°)
uit de invoer
lade, kun je de kompasrichting ophalen.
Dat is de richting in graden. De laagste waarde is 0 en de hoogste waarde is 360. Bij 0 graden wijst de micro:bit precies naar het magnetische noorden.
Gebruik een als ... dan
blok om te kijken of de kompasrichting (°)
kleiner is dan 15 graden, en groter is dan 345 graden. In dat geval wil je de letter N op het scherm laten zien.
Tip: uit de lade “logisch” kun je de volgende blokken gebruiken: ... < ...
, ... of ...
, ... > ...
.
De oplossing kun je hier vinden.
Verder programmeren
- Kun je het programma uitbreiden zodat hij de andere windrichtingen ook laat zien?
- Voeg een knop toe om het kompas opnieuw te ijken.
En je kunt proberen wat er gebeurt als je een magneet in de buurt van de micro:bit houdt.